
Vééél fotootjes!!!
La semaine dernière, la plus grande partie des étudiants de l’ENSAM a pris part dans un workshop, un concept qui malheureusement n’a pas encore été bien introduit à Belgique. Voici les règles du jeu : lundi matin on a rendez-vous avec le prof en question, qui nous donne la mission, explique une ou deux choses, et c’est parti! Vendredi, le projet doit être terminé, et en fonction du prof, il y a une présentation/discussion/…
Chez moi, ça c’est passé comme suit… J’avais choisie le workshop ‘architecture de l’éphémère’ (kortstondige architectuur, pour ceux qui n’ont pas envie de chercher un dictionnaire…). Gui Jourdan s’est révélé aussitôt un homme avec des passions très variées. On était à peine tous assis autour de la table (9 Erasmus et 7 Français), quand il a commencé à distribuer des papiers sur lesquels on devait tous mettre notre nom et nationalité, suivi par la portée de nos capacités en tant que cuisinier, nos affinités avec l’organisation et la participation dans les manifestations (ou bien musicales, politiques, humanistes,…) et nos connaissances d’endroits intéressants sur tout le globe.
La mission était un peu vaste : créez un encadrement pour un événement (à nous de choisir le type d’événement, le nombre de personnes invitées, la durée, …), dans différents villes (choix libre) d’une telle manière que les villes seront reliés à la fin… Eh ben !
On avait rendez-vous avec les profs chaque jour à 10h et à 18h, et en dehors de ces réunions, on était complètement libre à dispenser notre temps comme on le croyait le mieux.
Je me suis laissée adopter par un trio Français, et l’équipe Franco-Belge était née.
On c’est décidées assez vite de nous laisser inspirer par un phénomène naturelle et une discussion animée sur les vents tropiques et la migration des oiseaux nous a enfin menée jusqu’à l’éclipse solaire. Cependant, l’élaboration de l’idée c’est manifesté comme un peu moins logique, et on s’est retrouvées assez vite dans la K’fet, en espérant que l’inspiration nous trouverait elle-même, pour illuminer nos âmes perdues dans la brume.
Le soir, après d’avoir échangés quelques pensées philosophiques sur la notion de l’éphémère, on s’est mis à une tradition à laquelle on ferrait honneur pour le reste de la semaine : Gui et Henri jonglaient avec quelques bouteilles de vin, pendant qu’on épiloguait agréablement sur des sujets divergents.
Les jours suivants, on a vus l’ambiance, les heures de travail, le stress et la fatigue se réunir dans un crescendo énorme, qui sans doute aboutissait dans un apocalypse écrasant. Conformément aux aiguilles de la montre, on bossait derrière un bon café ou un verre de vin bien fruité. On découvrait l’utilité de la table comme piste de danse et de la nappe comme point de ralliement de toutes nos pensées.
Ons project zag er uiteindelijk uit als volgt : We baseerden ons op de zonne-eclips, die op zich geen echt evenement is, maar wel keer op keer duizenden mensen op de been brengt. Alle bewoners van verschillende steden die op het traject van de eclips liggen, zouden in het gemeentehuis een ‘eclips-kit’ kunnen ophalen. In deze kit zitten drie zaken: een handleiding (type ikea-meubelen), een witte, opblaasbare, all-terain (op het vaste land, of op het water voor de warme landen en de avonturiers), ergonomische en minimalistische module, die door middel van een waterdicht velcro-systeem aan identieke modules kan geschakeld worden, en een witte overall (waterdicht in de noordelijke continenten, beschermend tegen de zon in de zuidelijke) die het lichaam volledig bedekt (met uitzondering van neus en mond), met ingebouwd eclipsbrilletje. De mensen worden gestimuleerd om zich naar een openbare plaats te begeven (dit kan Place de la Comédie zijn, het strand, de zee, …), hun module aan die van een andere kijklustige te schakelen, en zich te verliezen in de witte massa, in plaats van eenzaam en alleen thuis dit fantastische fenomeen gade te slaan. De toeschouwers worden dus de actoren, die maken dat een wereldwijd evenement ontstaat. Ze verliezen hun identiteit, en worden een deeltje van een grensoverschrijdend geheel.
Klinkt allemaal mooi en wel, maar hoe breng je zoiets in godsnaam over naar een jury? We trokken naar de Franse Brico, kochten witte verfkostuums, namen een luchtmatras onder de arm en trokken gewapend met mijn multifunctioneel digitaal fototoestelletje naar Place de la Comédie. Met al die betogingen konden we het niet beter treffen, want net die dag hadden de geneeskundestudentjes hun witte outfit uit de kast gehaald om hun blijk van ontevredenheid kracht bij te zetten. Toch vielen we blijkbaar wat uit de toon, en hadden de voorbijgangers niet zelden begrepen dat het zeker om een troep architectuurstudentjes met een futuristisch project moest gaan. Wat we die middag op film vereeuwigden leek nog het meest op een bende buitenaardse wezens die de geneugten van de moderne dans hadden ontdekt, maar het resultaat mocht er zijn!
Donderdagnacht werden tekeningen geproduceerd aan de lopende band, terwijl filmfragmentjes gemonteerd werden, en bijpassende mystieke en opbouwende muziekjes werden gezocht. Maar natuurlijk niet voordat we de drankjes en hapjes op de receptie in het kader van een lezing over ‘architecture navale’ hadden geproefd (niet dat we naar het interessante relaas waren gaan luisteren hoor, maar de proffen vonden toch dat we dat gezellige samenzijn niet aan ons voorbij mochten laten gaan J).
Tijdens de nachtelijke uurtjes kwam ik tot de ontdekking dat de school naar het einde van het nieuwbouwproject geen geld meer overhad, en dus maar had besloten geen isolatie in de muren van de nieuwe betonnen ateliers te voorzien…
Rond 4.30u werden we allemaal zeer plots uit onze verkleumde slaperigheid gerukt. De computer (neen, het was ditmaal niet de mijne) had zich geamuseerd met wat filetjes te verplaatsen, zodat het filmpje plots niet meer wist waar het zijn mosterd moest halen… Gelukkig hadden we ze een stressvol uurtje later teruggevonden, en konden we lustig verderwerken (ça bosse dur!).
Tegen vrijdagavond waren we er dus helemaal klaar voor! Het K’fet werd in gereedheid gebracht, terwijl ik de laatste hand legde aan de ppt-presentatie met referentiebeeldjes, en de zoveelste koffie naar binnen goot. En dan maar wachten terwijl het volk stilletjes aan binnensijpelde (later op de avond werden wel 80 hoofdjes geteld!), en we twee van mijn groepsgenootjes probeerden te overtuigen de witte overall terug aan te trekken, zodat we met z’n vieren een kleine demonstratie konden geven (maar ze bleven voet bij stuk houden, jammer…). De eerste twee groepjes kregen flink wat commentaar en vragen over zich heen, en de stress die voorheen wonderwel afwezig was gebleven kwam opeens in vol ornaat aanzetten toen het de beurt was aan team RDV (rendez-vous, voor de iets minder snellen onder ons… Le soleil a rdv avec la lune…). Vooraleer we het filmpje lieten lopen gaven we iedereen de tijd om zijn persoonlijke RDV-kit te openen, en het eclipsbrilletje op te zetten. Best wel een grappig zicht, zo’n bende gemaskerde toeschouwers, jury incluis. En dan was het showtime! De reacties van het publiek waren hartverwarmend, en ergens van op de tweede rij klonk een verbaasde ‘Mais, c’est donc eux que j’ai vue sur la Place de la Comédie jeudi! Je savais bien que ça devait être des étudiants en architecture…’. Ook de jury leek ons projectje best te smaken, want het bleef angstvallig stil toen Charles Trenet met zijn laatste woordjes de eindgeneriek afsloot… En ja hoor, buiten een paar kleine vraagjes, en een opmerking over het feit dat we misschien toch beter ook een presentatietje hadden voorbereid met onze referentiebeeldjes (dat hadden we, maar we hadden ze domweg op de laptop laten staan die nu in de auto lag…), lag de weg naar la vie en rose helemaal open!
Jammer genoeg, maar natuurlijk ook fantastisch voor hen, was het vierde groepje ook zeer sterk. Ze grepen dus nipt naast de eerste prijs, maar dat kon er ons niet van weerhouden een klein vreugdedansje te maken! Tafels werden bijeen geschoven, en iedereen zocht snel een plaatsje, want de couscous van Manuel was klaar om besprongen te worden! (Hij had zelfs rekening gehouden met die ene ambetante vegetarische van België :))
Ik kwam tegenover de prof van mijn atelier terecht, die ons toch nog even wou feliciteren met ons fantastische werk (alweer een puntje extra, yihaa), en naast een andere prof, die ons verzekerde dat het op de ‘studie’-reis wij zouden zijn die op de proffen zullen moeten letten, en niet omgekeerd.
Met elke hap couscous voelde ik de vermoeidheid iets verder wegebben, en de euforie de bovenhand halen. We besloten de avond te eindigen bij Jenny en Fay, waar we nog tot in de vroege uurtjes verhaaltjes vertelden en luisterden naar opzwepende discomuziek.