Een verhaaltje voor het slapengaan...
10 februari 2006
(Lore Vantomme)
‘Het wordt een mooie dag’ zei ze tegen zichzelf, terwijl de tandpasta uit de tube gleed. Een half uurtje geleden waren haar vriendinnetjes vertrokken, met een lange rit richting Brussel voor de boeg. Zijzelf had zich nog even omgedraaid in het opplooibare tweepersoonsbed, dat iets weg had van een ziekenhuisbed, maar garant stond voor een zalige nachtrust… De vroege zonnestralen die zich door het raam boorden zagen er echter te verleidelijk uit. Ze was dus maar van tussen het dons gerold, had zich eens lekker uitgerokken, en had de deur naar het balkon wijd open gegooid.
Onder haar speelden zich ochtendlijke taferelen af. De eerste klanten die hun weg zoeken naar het kleine centre commerciale St Odile, waar naast de epicerie ook een apotheker, een tandarts, een kinesist en een klein restaurantje te vinden zijn. Een beetje verder de leerlingen van de lagere school (een van de vele in de omgeving, Montpellier heeft vruchtbare grond) die aan hun toertjes rond het sportveld beginnen.
Opnieuw voelde ze dat rare gevoel, iets tussen droom en realiteit, een vleugje besef dat zich een weg naar de oppervlakte van haar gedachten baant. De komende zes maanden was dit haar stekje, zou dit haar ochtendlijke ritueel worden, zou ze misschien zelfs de kruin van Madame Marie leren herkennen, die elke ochtend haar krant komt kopen, of kleine Pierre die zo graag tot boven in het klimrek kruipt.
Vandaag zou ze het contract voor haar kot in orde brengen, vervolgens haar subsidieaanvraag indienen, en haar internetverbinding in orde proberen maken, zodat ze eindelijk wat nieuws aan haar dierbaren in het koude belgenlandje kon overbrengen. Ze kon niet zeggen dat niemand haar gewaarschuwd had, de eerste dagen van het nieuwe leven van de doorsnee Erasmus-student kunnen nog het best vergeleken worden met een spoedcursus ‘inschrijvingen, paperassen, administratie: hoe pak ik het aan?’. En eigenlijk had ze zelfs nog niet echt te klagen, aangezien haar voorgangster het pad al voor een groot stuk had geëffend… Samen met haar partner in crime, la bête sauvage voor de vrienden, had ze ‘la fac’ al met talrijke bezoekjes geëerd (Zij : ‘Excusez-nous, quand est-ce que le choix des studios sera affiché?’ Jolande de Bitch : ‘Quand vous me donnez le temps de travailler, et vous arrêtez de me déranger. Au revoir !’), een bankrekening geopend, abonnementen onderschreven, de noodzakelijke eerste inkopen gedaan, en vooral het saldo van haar bankrekening een duizelingwekkend snelle duikvlucht zien nemen.
Ook had ze al vele uren gespendeerd aan het ontdekken van haar nieuwe thuishaven. Kuierend door de straatjes, genietend van het mooie weer en het mooie volk, van de historische overblijfselen en de vele hippe winkeltjes. Vooral naar de weg tussen de Place de la Comédie, en la gare de St. Roch zou ze nog vaak terugkeren. Daar had ze namelijk een lange rij glazen stoelen ontdekt, die de afstand tot verschillende plaatsen in de wereld aanduiden. De eerste van de rij hielp haar zich eraan te herinneren dat Brussel uiteindelijk maar een steenworp ver is, en zou dus van pas kunnen komen op de momenten dat het heimwee de bovenhand haalt. Als die er al zouden komen natuurlijk, want hoeveel ze ook van haar Belgische habitat hield, dit kon ze ook wel smaken…
Ze leidde het water rond in haar mond, en spuwde het uit. Nog even een korte blik in de spiegel (T-shirt, zonnebril, zomerjasje,…), en ze voelde zich weer helemaal klaar voor een nieuwe dag in La Douce France.
Onder haar speelden zich ochtendlijke taferelen af. De eerste klanten die hun weg zoeken naar het kleine centre commerciale St Odile, waar naast de epicerie ook een apotheker, een tandarts, een kinesist en een klein restaurantje te vinden zijn. Een beetje verder de leerlingen van de lagere school (een van de vele in de omgeving, Montpellier heeft vruchtbare grond) die aan hun toertjes rond het sportveld beginnen.
Opnieuw voelde ze dat rare gevoel, iets tussen droom en realiteit, een vleugje besef dat zich een weg naar de oppervlakte van haar gedachten baant. De komende zes maanden was dit haar stekje, zou dit haar ochtendlijke ritueel worden, zou ze misschien zelfs de kruin van Madame Marie leren herkennen, die elke ochtend haar krant komt kopen, of kleine Pierre die zo graag tot boven in het klimrek kruipt.
Vandaag zou ze het contract voor haar kot in orde brengen, vervolgens haar subsidieaanvraag indienen, en haar internetverbinding in orde proberen maken, zodat ze eindelijk wat nieuws aan haar dierbaren in het koude belgenlandje kon overbrengen. Ze kon niet zeggen dat niemand haar gewaarschuwd had, de eerste dagen van het nieuwe leven van de doorsnee Erasmus-student kunnen nog het best vergeleken worden met een spoedcursus ‘inschrijvingen, paperassen, administratie: hoe pak ik het aan?’. En eigenlijk had ze zelfs nog niet echt te klagen, aangezien haar voorgangster het pad al voor een groot stuk had geëffend… Samen met haar partner in crime, la bête sauvage voor de vrienden, had ze ‘la fac’ al met talrijke bezoekjes geëerd (Zij : ‘Excusez-nous, quand est-ce que le choix des studios sera affiché?’ Jolande de Bitch : ‘Quand vous me donnez le temps de travailler, et vous arrêtez de me déranger. Au revoir !’), een bankrekening geopend, abonnementen onderschreven, de noodzakelijke eerste inkopen gedaan, en vooral het saldo van haar bankrekening een duizelingwekkend snelle duikvlucht zien nemen.
Ook had ze al vele uren gespendeerd aan het ontdekken van haar nieuwe thuishaven. Kuierend door de straatjes, genietend van het mooie weer en het mooie volk, van de historische overblijfselen en de vele hippe winkeltjes. Vooral naar de weg tussen de Place de la Comédie, en la gare de St. Roch zou ze nog vaak terugkeren. Daar had ze namelijk een lange rij glazen stoelen ontdekt, die de afstand tot verschillende plaatsen in de wereld aanduiden. De eerste van de rij hielp haar zich eraan te herinneren dat Brussel uiteindelijk maar een steenworp ver is, en zou dus van pas kunnen komen op de momenten dat het heimwee de bovenhand haalt. Als die er al zouden komen natuurlijk, want hoeveel ze ook van haar Belgische habitat hield, dit kon ze ook wel smaken…
Ze leidde het water rond in haar mond, en spuwde het uit. Nog even een korte blik in de spiegel (T-shirt, zonnebril, zomerjasje,…), en ze voelde zich weer helemaal klaar voor een nieuwe dag in La Douce France.
3 reacties:
Hey daar, Loortje!
Ik ben net terug van Madrid, en ik kan het me dus voorstellen hoe dat zomerjasje aanvoelt! :-) Voor ons beginnen de lessen al bijna terug (:-(), voor jou? Of heb je eerst nog wat tijd om te genieten van je mooie plekje daar?
En idd, Brussel ligt zo ver nog niet van Montpellier... :-D
-xxxx-
Jama.. zo mooi is het zich vanaf mijn balkon nieteens.. nuja.. ik kan wel van hetzelfde zonnetje genieten, hé lore! Ik post binnenkort ook mijn eerste verhaaltje, maar ik wacht eerst nog op mijn internetverbinding.
x
Wij vliegen er dinsdag weer in... Maar qua aantal lesuren kunnen we zeker niet klagen! Voor mij: dinsdagvoormiddag, woensdagvoormiddag, donderdag de HELE dag, en vrijdagvoormiddag... Dus, elke week verlengd weekend, en veel namiddagjes om van het zonnetje te genieten! Maar ze hebben ons wel al een paar keer gewaarschuwd dat die studio's toch wel heel veel werk met zich meebrengen, dus we zullen onze extra 'vrije' tijd waarschijnlijk wel goed kunnen gebruiken... Ik ga trouwens op studiereis naar Holland voor mijn studio :) Ik kan misschien eens langs Brussel passeren dan...
Morgen ga ik eens een kijkje nemen op de rommelmarkt (op zoek naar een fietsje) en daarna een duikje nemen in het megahippe nieuwe olympische zwembad! (als ik er aan denk zet ik er binnenkort eens een fotootjes van online)
Voorlopig dus nog helemaal in de vakantiesfeer!
Kiss
Een reactie posten
<< Terug